Vlinder
Marieke hield van vlinders. Veel vlinders. Grote, kleine, en vooral kleurige vlinders… Haar kamer hing er dan ook vol mee.
Marieke maakte zelf ook vlinders, ze knutselde er flink op los om haar verzameling nóg groter te maken. Nu ligt ze tussen haar vlinders. “Mieke weg, Mieke vlinder…” zegt haar grote vriend Abel. “Denk je dat Marieke nu een vlinder is?” vraag ik Abel. Hij knikt. “Dat is een mooie gedachte, Abel, heel mooi…”
In de woonkamer is de sfeer anders dan anders. Er zijn medebewoners die verdrietig zijn, er zijn er ook bij wie het overlijden van Marieke nauwelijks binnen lijkt te komen.
De medebewoners die dat willen gaan hard aan het werk. Zij maken allemaal een eigen vlinder, ter nagedachtenis aan Marieke. De begeleiders schrijven op wat ze erbij vertellen: wat ze mooi, lief of grappig vonden aan Marieke. Het wordt een mooie en bonte verzameling van vlinders.
Op de dag van de uitvaart wordt er in de huiskamer van de groep een korte afscheidsdienst gehouden. Helaas is de huiskamer niet groot genoeg en kan de familie van Marieke, vanwege de anderhalve meter regel, dit deel van het afscheid niet bijwonen. De bijeenkomst duurt zo’n twintig minuten. Er is een PowerPoint gemaakt met foto’s van Marieke. De vlinders die de afgelopen dagen door haar medebewoners gemaakt zijn, staan naast de kist en Sonja, één van de begeleidsters, leest voor wat er bij de vlinders verteld is.
Het is duidelijk dat Abel het er moeilijk mee heeft. Hij loopt onrustig heen en weer en houdt zijn vlinder stevig tegen zich aan.
Als het moment is aangebroken dat we Marieke naar buiten moeten brengen om haar voor het laatste afscheid aan haar familie over te dragen, begint Abel hard te snikken. Hij begrijpt heel goed dat hij zijn Marieke nu moet laten gaan en lijkt ontroostbaar.
Ik overleg even met Sonja. Dan gaat ze naar Abel, er wordt wat gefluisterd. En ja, Abel wil graag met mij voor de kist lopen. “En hij wil ook graag zelf zijn vlinder aan de moeder van Marieke geven” vertelt Sonja. Ik knik, natuurlijk.
Met een snik en een onbeholpen gebaar duwt hij zijn vlinder in haar handen
En daar lopen we dan, Abel en ik. Abel houdt zijn vlinder dicht tegen zich aan. Op de parkeerplaats wacht de familie van Marieke. We houden halt bij de moeder van Marieke. Zij en Abel kennen elkaar goed. Met een snik en een onbeholpen gebaar duwt hij zijn vlinder in haar handen.
“Oh Abel” zegt ze, “Dankjewel!” Even aarzelt ze en dan besluit ze dat alle coronamaatregelen niet voor vandaag gelden. Ze slaat haar armen om Abel heen en geeft hem een dikke knuffel. En terwijl ze even zo blijven staan, lopen de tranen over hun gezichten.
Dan besluit Abel dat het goed is zo. Hij doet een stap naar achter en zegt: “Mieke weg, Mieke vlinder!” Hij boent zijn gezicht.
Ook de moeder van Marieke droogt haar tranen en knikt. “Zo is het, Abel, Marieke is nu wat ze zo graag wilde zijn: een vlinder…”
Dirk Timmer